twitter twitter

Belgisch waterbeleid is een zeef

Politici bedwelmen zich vandaag de dag met allerhande doelstellingen. De hype van de dag zijn klimaatdoelstellingen. Vaak niets meer dan een egotrippende roes om een perceptie van maatschappelijk of politiek engagement te creëren. Maar zoals de geschiedenis van doelstellingen ons leert is jezelf op de schouders kloppen makkelijker dan jezelf een duwtje in de rug te geven.

We pikken er de doelstelling rond proper water uit. Al 200 jaar stelt de politiek zich doelstellingen om het volk stromend en veilig drinkbaar water te bezorgen. Maar de waterleidingen en riolen lekken als watervallen en de zuivering en levering van water zijn een aquapark voor grijze politici.

Bier en wijn zijn geen venijn

Drinkbaar water is ons hoogste goed, een mens kan immers maar drie dagen zonder water. Drinkwater komt in nagenoeg alle huiskamers in België uit de kraan. Je zet er koffie of thee mee, je doucht of poetst er je tanden mee of kookt er groenten in. Gelukkig is de huidige coronapandemie er niet een die ons drinkwater besmet zoals bijvoorbeeld: E. Coli, het norovirus, cholera of de bacterie Campylobacter jejuni... In de middeleeuwen was daarom de voornaamste dorstlesser van het volk licht bier of wijn.

Gelukkig worden de bovenvermelde ziektekiemen door waterzuivering uit het drinkwater gehouden

Door de bereidingswijze bevatte bier of wijn immers geen ziektekiemen, in tegenstelling tot water, dat vaak besmet was. Gelukkig worden de bovenvermelde ziektekiemen door waterzuivering uit het drinkwater gehouden, maar God bescherme ons mocht er ooit een virus of bacterie komen die de huidige waterzuivering doorstaan. Dan zouden  de cafés 24 op 24 uur moeten open zijn in plaats van te sluiten. Zo zie je maar weer: het ene virus is het andere niet.

Watervoorziening als generator van welvaart

Water is niet alleen essentieel voor ons lichaam, maar ook voor het kweken van groenten en fruit. Daarom investeerden alle beschavingen, van de Romeinen, de Grieken, de Perzen, de Egyptenaren, de Maya's, tot de Chinezen, in de winning en distributie van zuiver water. Vele beschavingen bloeiden daarom ook in de nabijheid van zeeën, meren en grote rivieren.

Er waren ook uitzonderingen, zoals de Nabateeërs, die in de eerste eeuw na Christus via kilometerslange ondergrondse waterkanalen (qanaten) en aquaducten water uit de bergen naar de hoofdstad Petra voerden en het daar opsloegen in grote waterbekkens en citernes. Het netwerk was zo efficiënt dat het meer dan honderdduizend mensen aan vers water kon helpen, terwijl Petra tijdens zijn hoogdagen maar 20 000 inwoners telde.

Gemeentelijke bevoegdheid

Dankzij Napoleon kregen de gemeenten in onze contreien brede verantwoordelijkheden toebedacht. Dit leidde in 1836 tot het in de gemeentewet opleggen van de verantwoordelijkheid voor de openbare drinkwatervoorziening. Hierdoor wordt de rechtsgrond gevormd voor de opdracht van de gemeente om aan haar inwoners toegang tot drinkbaar water te garanderen. Met de invoering van de wet op intercommunales (1907) besloten vele gemeenten om hun krachten te bundelen en via publieke maatschappijen drinkwater te voorzien.

Zo ontstonden onder andere de Provinciale en Intercommunale Drinkwatermaatschappij der Provincie Antwerpen (PIDPA) en de Tussengemeentelijke Maatschappij der Vlaanderen voor Watervoorziening (TMVW, nu Farys) Maar toen bleek dat in 1913 nog geen derde van de Belgen over drinkwater beschikte en de doelstelling van 50% niet gehaald werd, richtte de overheid de Nationale Maatschappij der Waterleidingen (NMDW) op. Dat is de voorloper van de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening (VMW), die momenteel De Watergroep heet.

De gemeenten hebben gekoppeld aan de levering van drinkwater ook de verantwoordelijkheid tot het verzamelen van het afvalwater op hun grondgebied via riolering.

Deze moet de gemeenten bijtreden en drinkwater voorzien in de gemeenten die dit onafhankelijk niet gerealiseerd krijgen. De gemeenten hebben gekoppeld aan de levering van drinkwater ook de verantwoordelijkheid tot het verzamelen van het afvalwater op hun grondgebied via riolering. Hierdoor staan ze in voor de aanleg en het beheer van de riolering voor het afvoeren van het afvalwater tot de collectoren die het afvalwater naar een zuiveringsstation moeten transporteren. De zuivering van het rioolwater en het daarmee zuiver houden van oppervlaktewateren is dan weer de verantwoordelijkheid van het Vlaamse Gewest.

De falende doelstellingenkermis

De wet van 11 maart 1950 op de bescherming van de oppervlaktewateren bleef een dode letter en een politiek weeskind tot op 21 oktober 1987 de Vlaamse regering zich tot doelstelling nam om alle Vlaamse waterlopen tegen 1 juli 1995 te laten beantwoorden aan de minimale kwaliteitsnormen. Dat was nodig, want slechts 10% voldeed toen aan de eigen wetgevende normen van de wet van 1950. In 1995 haalde de Vlaamse regering haar doelstelling niet. Ze buisde fenomenaal, want slechts 15% van de Vlaamse waterlopen voldeed aan de normen van de wet van 1950.

In 2000 verscheen een uitermate vernietigend Europees rapport dat brandhout maakte van de Vlaamse, Waalse en Brusselse waterzuivering.

In 1991 voerde Europa de richtlijn stedelijk afvalwater in. Deze verplichtte lidstaten om ervoor te zorgen dat alle agglomeraties voorzien zijn van een opvangsysteem voor stedelijk afvalwater. Uiterlijk op 31 december 2000 voor agglomeraties met meer dan 15 000 inwoners, en uiterlijk op 31 december 2005 voor agglomeraties met 2000 tot 15 000 inwoners. Ook moesten uiterlijk op 31 december 1998 alle rioolwaterzuiveringsinstallaties aan strengere lozingsnormen voor nutriënten voldoen. In 2000 verscheen een uitermate vernietigend Europees rapport dat brandhout maakte van de Vlaamse, Waalse en Brusselse waterzuivering.

Geen enkele rioolwaterzuiveringsinstallatie voldeed aan de strengere lozingsnormen, Wallonië weigerde om stikstof en fosfor uit het afvalwater te zuiveren en Brussel, de grootste metropool van het land, zuiverde nog geen druppel afvalwater. In 2004 werd België daardoor een eerste keer veroordeeld door het Europees Hof van Justitie voor het ontbreken van een basisinfrastructuur voor het verzamelen en zuiveren van afvalwater in bijna 200 steden en agglomeraties. Opnieuw haalden de politici hun gezworen eden niet. Opnieuw viel hun doelstelling in het water.

Lekkende waterleidingen en riolen

Volgende doelstelling was conform de Europese Kaderrichtlijn Water (2000). Tegen 2015 moesten alle waterlopen in goede ecologische toestand zijn, een zuiverheidsgraad van 98%. In 2008 besefte toenmalig minister van Leefmilieu Hilde Crevits al dat ze de doelstelling van 2015 niet kon halen en vroeg en kreeg ze van Europa 12 jaar uitstel tot 2027 (een land mag twee maal zes jaar uitstel vragen). Halen we de doelstelling in 2027? De voorspellingen van experten zijn somber. Er zijn twee problemen.

Primo. Vandaag zijn nog steeds niet alle huizen op de riolering aangesloten. We hebben in Vlaanderen een rioleringsgraad van 86%. Zo stroomt elke dag 2500 miljoen liter afvalwater ongezuiverd in onze beken en rivieren. In Duitsland bedraagt de rioleringsgraad 97% en in Nederland 99,5%.

We dweilen met de kraan open en we krijgen de kraan niet dicht.

Secundo. 25% van de riolen is aan renovatie toe. Ze lekken als een zeef en zo stromen opnieuw miljoenen liters afvalwater in ons grondwater dat vervolgens onze beken en rivieren vervuilen. We dweilen met de kraan open en we krijgen de kraan niet dicht.

Euro's stromen met liter de gracht in

Vermits rioleringsprojecten van aanbesteding tot uitvoering acht jaar duren en rekening houdende met lopende projecten, weet men nu al dat de doelstelling onmogelijk gehaald wordt. Sterker nog: experten spreken over een extra 20 jaar voor we de doelstelling halen. Het is uitkijken of Europa ons tegen alle afspraken in opnieuw uitstel geeft, anders hangt er ons een stevige boete boven het hoofd: 52 miljoen euro en 62 500 euro per dag tot de situatie in orde is.

De riolen zijn niet de enige die lekken, ook de verouderde waterleidingen lekken elke dag 197 miljoen liter proper drinkwater. Elk jaar koopt een gemiddeld gezin 125 000 liter drinkwater waarvoor het +/- 500 euro betaalt. De overheid lekt dus +/- 800 000 euro per dag of 290 miljoen euro per jaar in de grond. De overheid spendeert miljarden euro's om water te zuiveren waarvan ze dan 20% terug in het grondwater laat sijpelen, waar het zich vermengt met het rioolwater van onze lekkende rioolbuizen en zo onze beken en rivieren vervuilt.

Gelukkig hebben we acht ministers van milieu

Only in Belgium. Gelukkig hebben we acht ministers van milieu en zetelen er duizenden politici in de raden van bestuur van een kluwen van intercommunales en andere overheidsparastatalen: Aquafin nv, Fluvius, Farys, TMVW, Pidpa, Water-Link, de Watergroep, Vivaqua, Riobra, Inter-Aqua, HidroRio, Riopact, AquaRio, AGSO Knokke-Heist, HydroSan, Riopact- vennoot, IWVA...

Fata Morgana

Tegenwoordig lopen brossende Anuna-adepten en boomknuffelaars wild als een gemeente, provincie, gewest of land een klimaatdoelstelling aankondigt. Maar wie de geschiedenis van de Belgische milieudoelstellingen kent is cynischer. Hij of zij weet dat we ze nooit halen tenzij 25 à 50 jaar na datum. Van alle 2020 burgemeesterconvenanten (20% CO2-reductie tegen 2020) die Vlaamse gemeenten ondertekenden, zouden volgens de cijfers van 2018 maar 20% de doelstelling halen.

Voor het uiteindelijke rapport van gebuisden in 2020 is het wachten tot 2022. Ik voorspel dat wanneer we dezelfde berekeningswijze aanhouden als vandaag, geen 20% Europese landen in 2050 klimaatneutraal zal zijn. Zoals gewoonlijk zal België een van de slechtste leerlingen van de klas zijn. Tenminste als de geschiedenis zich herhaalt.

Ignace Vandewalle

 

 

www.doorbraak.be

<< Terug naar alle berichten

Bookmark and Share

© 2024 Ignace Vandewalle  |  webdesign by Creatief.be